Dossier inzake de overheveling naar België van de op naam van Belgische gerepatrieerden geopende rekeningen "Franse Franks" bij de Banque de France. 1946-1948.
Extent and Medium
1 pak
Creator(s)
- Nationale Bank van België
Scope and Content
De dienst Repatriëring vormde een onderdeel van de centrale diensten van de Nationale Bank van België in Brussel en was in de periode 1945-1960 belast met de controle en verificatie van de uit circulatie genomen Belgische en Duitse biljetten van gerepatrieerden. Voor meer informatie, zie de algemene beschrijving van het archief. Elke gerepatrieerde Belg en iedere via België gerepatrieerde buitenlander diende de in zijn bezit zijnde biljetten deels in te ruilen en deels aan te geven en neer te leggen. Voor de Belgische gerepatrieerden volgde na een eerste ruil van oude in nieuwe bankbiljetten voor een bedrag van 100 Belgische frank per persoon, de ruil, aangifte en de neerlegging van de overige biljetten. Bij dit laatste werd een duidelijk onderscheid gemaakt tussen de ruil van bedragen lager of gelijk aan 2.000 Belgische frank enerzijds en de ruil, aangifte en neerlegging van bedragen hoger dan 2.0000 Belgische frank, de onregelmatige ruil, aangifte en neerlegging en de aanvullende ruil, aangifte en neerlegging anderzijds: deze laatste werden strenger gecontroleerd en aan het Ministerie van Financiën voorgelegd. Voor de via België gerepatrieerde buitenlanders waren de verrichtingen beperkt tot de ruil van de Belgische biljetten voor een maximum-bedrag van 100 Belgische frank en de aangifte en neerlegging van de overige biljetten. De gegevens van de gerepatrieerden werden op steekkaartensystemen of in naamlijsten genoteerd om de behandeling van de dossiers op te kunnen volgen of te hertraceren. Voor meer informatie, zie de algemene beschrijving van het archief.
Sommige gerepatrieerden waren via het Centre de Rapatriement de Paris naar België teruggekeerd en hadden op dat moment de in hun bezit zijnde Franse Franks moeten aangeven en neerleggen bij de Banque de France. Deze op rekeningen gestorte bedragen zouden enkele jaren later naar België overgeheveld worden.
Sources
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume