Correspondentie van Jan Tax met zijn ouders, 13 januari - 18 juni 1945.
Extent and Medium
2 omslagen
Note(s)
Vanwege de Hongerwinter werd Jan F. Tax (1931) vanuit Amsterdam naar het Friese Gaast geëvacueerd. In het laadruim van een schip lag hij met andere kinderen in het stro. Door het Noordhollands Kanaal voeren zij naar Den Helder en vandaar over de Waddenzee langs de Afsluitdijk. Enthousiast schreef hij zijn ouders dat hij op een fijne boerderij was "met 14 koeien en een paar kalveren en een hond van 3 maanden en een kat van 11 jaar. Ook zijn er nog 2 paarden".
Na vier maanden op het platteland was de stadsjongen uitgegroeid tot een heuse boerenknecht. Last van heimwee had Jan niet want vlak na de Duitse capitulatie schreef hij zijn ouders dat hij hoopte "met de hooiing" nog op de boerderij te zijn: "dat is in juni, [...] dan mag ik [...] op de maaimachine zitten en wagens met hooi naar huis brengen".
Zijn moeder was erg blij dat Jan zich zo amuseerde. Ze voorzag namelijk dat haar zoon niet meer zou kunnen wennen aan de stad "3-hoog zal je ook wel afvallen". Uitgebreid beschreef ze de voedseldroppings want ze wist dat haar zoon dat prachtig had gevonden: "je had het dak de heele ochtend niet afgekomen". Tenslotte schetste ze "wat een ongezellige boel het hier is: geen boom zie je meer, het Jan van Galenpark bestaat niet meer [...] de putten loopen over [...] de Orteliuskade één vuilnisbelt". Lees meer over de correspondentie in "Serie: Ontheemd in eigen land – Deel 4: Hongerwinter-evacué", Nieuwsbericht 1 december 2015Prentkaart waarmee Jan zijn ouders liet weten dat hij veilig in Friesland was aangekomen.